Ze is vóór ons aan de beurt, bij de bakker-met-terras waar wij even koffie willen drinken. Ik sta ongegeneerd mee te luisteren. Ze bestelt een ingewikkeld koffiedrankje, en wil dat “to go”. Ja, met deksel en ja, met rietje, en ook een flesje water. Mag dat in een draagkarton? Een croissant, inpakken ja. Die gaat dus in een papieren zakje, met servetjes, en dan in een plastic tasje. Ze rekent af en pakt alles op, loopt naar een tafel…. en gaat prompt op het terras zitten. Pakt alles weer uit, neem een paar happen en slokken, staat op, loopt weg en laat de hele teringzooi liggen.

Ik ben duidelijk anders ‘opgevoed’. Of is dat genetisch bepaald? Zelf voel ik me al schuldig als ik mijn togo-beker niet bij me heb, een ongevraagd en ongewenst dekseltje of roerdingetje krijg wat zinloos in het afval verdwijnt. Ik geneer me iedere keer als ik de kliko aanbiedt… waarom produceer ik zo veel afval?! Ik laat me regelmatig ervan weerhouden om iets te eten of drinken kopen onderweg, stomweg door de gedachte aan de verpakking die op onze al veel te grote afvalberg komt. Ik durf bovendien sowieso nog geen klokhuis op straat te gooien, raap mijn gevallen servetje van de grond. Ik krijg soms een waarschuwende por dat ik niet te ingewikkeld moet doen, als ik geen plastic zakje wil. Maar dit… dit snijdt me gewoon in de ziel. Totale ontkenning. Totale onverschilligheid. 

Zo bizar, hoe we in dezelfde wereld leven maar die wereld allemaal op onze eigen manier zien… Ik ga me dus maar een beetje extra plaatsvervangend zitten schamen.

Ik voel me trouwens ineens heel oud.