… vervolg…

Het begon niet op een bepaald moment. Althans, zo heb ik het destijds niet ervaren. De werkdruk was hoog, ik was heel veel ballen in de lucht aan het houden, met veel verantwoordelijkheid maar zonder formele machtspositie. Niks vreemds aan, daar ben ik goed in, duizendpoot, spin-in-het-web, manusje-van-alles, vliegende keep, vraagbaak, die rol is me op het lijf geschreven, ik weet niet beter. Overal iets van af weten, meedenken, adviseren, helpen, fixen… prima. Ook ben ik gewend om zomaar ergens de schuld van te krijgen, als het ware. Iemand heeft me ooit uitgelegd dat dat zou zijn omdat ik aanspreekbaar was, terwijl de anderen verzaakten of zich dom hielden. Interessant…

Dan word ik ineens doodziek. Blijk ik diabetes type 1 te hebben. Binnen twee weken ben ik weer aan het werk, want ik wil er niet aan toegeven. Mijn lijf heeft me verschrikkelijk in de steek gelaten, hoe kan dit? Mijn lijf, waar ik altijd zoveel kracht uit heb geput… Ik heb geen grond meer onder mijn voeten. Ik zwem, ik worstel, ik vecht. Ik moet van mezelf sterk zijn, geen zelfmedelijden, hup, en ik kan nog net zo hard werken hoor, echt wel! En in no time is iedereen vergeten dat ik nu chronisch ziek ben. Maar ik ben het intussen wel. Dag en nacht een extra baan erbij.

En dan, na een paar maanden, wordt de aanval ingezet. Ik word door een interimmanager per direct uit het team gezet. Ik begrijp er werkelijk helemaal niets van, ik werk me kapot, er is niets op de inhoud van mijn werk aan te merken… en ik voel het van binnen breken. Ik realiseer me hoe ik door mijn collega’s in de steek word gelaten. Er is geen “wij”, het is ieder voor zich. En, hoe makkelijk er wordt gelogen. Verdraaid. Verzwegen. Onjuist, onredelijk, onbillijk. Ongelooflijk, wat kunnen volwassen mensen zich raar gedragen.

Hmm, oh ja, dit is niet het boek, even terug naar de samenvatting. Het is nou eenmaal onmogelijk om in één alinea weer te geven wat er allemaal gebeurd is.

Mijn zelfvertrouwen is altijd al wisselend geweest. Perfectionisme en faalangst zijn een bekend koppeltje. En horen ook beide bij een Rainforest Mind, HB, neurodivergentie, noem maar op. Hoe meer je weet, hoe meer je weet wat je niet weet. Hoe meer je ziet, hoe meer fouten je ziet. Hoe meer vragen je hebt. De erfelijkheid doet ook nog een duit in het zakje, want, ook nog een veeleisende kritische ouder hebben maakt het alleen maar erger. Dus, hoewel ik incidenteel mijn eigen genialiteit best kan waarderen (hahaha), verdrink ik vaak in vertwijfeling waarom ik nou zo dom ben en niks goed kan doen.

Terug naar de diabetes. Een zelfmanagement ziekte, waarbij je steeds weer moet accepteren dat je het nooit opgelost krijgt. Daar schreef ik ook al vaker over. De ironie, om als perfectionistische zelftwijfelaar een ziekte te krijgen waarbij je de rest van je leven de hele dag op een metertje moet aflezen dat het niet gelukt is om je bloedglucose handmatig te reguleren. Foei! Wéér niet goed! En daar moet je dan ook nog als een klein kind periodiek verantwoording over afleggen bij je “behandelteam”. Zo voelt het voor mij, voor mijn brein. En ja, iemand anders zou het misschien worst wezen, maar voor mij is dit heel moeilijk te accepteren. Het voelt als een continu falen.

Het zelfvertrouwen, daar gaat het dus niet zo best mee. En terwijl ik me staande probeer te houden, stapelt de stress op het werk zich op. Ik krijg steun. En toch weer een messteek. Dan weer steun. Weer een messteek. Ik probeer uit alle macht om te “voldoen”, maar wat ik niet in de gaten heb, is dat het helemaal niet de bedoeling is dat ik voldoe. Het is de bedoeling dat ik opgeef. Steeds wordt er een ander voorbeeld gezocht waarom “ik niet geschikt ben”, en als ik dat aanpak, is zogenaamd juist het omgekeerde een probleem. Geen uitleg, geen onderbouwing. Wanhopig vraag ik om hulp, want ik werk toch hard, mijn motivatie is toch evident, ik krijg positieve feedback van collega’s, mijn resultaten zijn goed, wat doe ik nou niet goed? Leg het nou eens uit?!? Help!!!

En dit gaat maar door. Maar wat nog het meeste pijn doet, is het liegen. Een arm om je heen slaan (letterlijk) en dan achter je rug om leugens verzamelen. Je iets in de schoenen schuiven wat je collega gedaan heeft. Opmerkingen als “je collega’s zeggen tegen mij iets anders hoor”, “ik heb gehoord dat”, “dat heb ik nooit toegezegd” maken dat ik langzamerhand niemand meer vertrouw. Niemand. En ook mezelf niet. Ik maak zelfs overal aantekeningen van (vanwege dat laatste voorbeeld), om zeker te weten dat mijn geheugen me geen parten speelt omdat ik net een hypo had of zo. Maar helaas, het blijkt dat mensen staalhard kunnen liegen. Zonder enige schroom. En ook nog zwart op wit, dan doen we net of het dan ineens geen leugen meer is

Dan krijg ik te horen bij de bedrijfsarts, dat mijn hoogbegaafdheid wel eens een rol zou kunnen spelen. Dat dat bedreigend zou kunnen zijn. Hoogbewattes? En het begint me ineens te dagen. Ja, als kind scheen ik dat te zijn, maar… nooit meer bij stilgestaan… Daar schreef ik dus ook eerder over, hoe de tranen van herkenning me over de wangen liepen toen ik me verdiepte in de materie. Dit moest ik dan toch kunnen aandragen, dan zouden ze het begrijpen, dat de vragen die ik stel oprecht zijn, dan zouden we er samen uit kunnen komen?

Maar, dat was helemaal niet de bedoeling. De mentale pesterijen en ondermijningen gingen daarna dubbel zo hard door. Ik had het nooit moeten zeggen. Dit was mijn eigen doodsteek. Ik moest en zou kapot. En ik verloor de strijd en verliet bloedend het toneel via de achterdeur. Werd gewoon zonder enige legitieme reden ten overstaan van mijn collega’s respectloos het gebouw uit gezet. Gebroken. Ziek. Uitgeput. Leeg. Met nog steeds, dag en nacht, voor altijd diabetes. Maar zonder inkomen. Zonder pensioenopbouw. Zonder afscheid.

Ik heb me denk ik nog nooit zo alleen gevoeld.

wordt vervolgd…