Het begint met de zonsverduistering. Als ik naar iets kijk wat ver buiten onze atmosfeer is, ben ik zeer gefascineerd. Het dringt dan weer even door hoe nietig wij zijn in het heelal, op deze planeet. Soms sta ik een tijdje naar de maan te staren, of maak er foto’s van. En een gedeeltelijke zonsverduistering, dat is natuurlijk interessant! Maar hoe kijk je daarnaar?

Een manier om naar een zonsverduistering te kijken als je geen eclipsbrilletje hebt, is via de selfiestand van je telefoon, lees ik. Handig! Maar, die kan daar wel van kapotgaan. Oh. Dat is wat minder. Mijn telefoon mag dan outdated zijn op ruim 5-jarige leeftijd, maar ik ben er nog niet aan toe om weer iets nieuws te kopen.

Dan schiet me te binnen dat ik nog een oude tablet heb. Jeeee dat is grappig, wat een oud beestje! Ik krijg ‘m zowaar aan de praat, en de camera is zó slecht, daar kan ik niks meer aan verzieken…

…kijk nou wat schattig…

Hoe oud is ie eigenlijk? En ik ga eens nadenken.

Het is 2010 als Steve Jobs de iPad introduceert. Een Apple adorerende collega komt ermee op het werk. Ik bewonder het apparaat, en vraag me ondertussen af wat je er in hemelsnaam mee moet. Ze verzinnen toch wat hè. Gaaf voor de kinderen ook! Hè? Hebben die geen lego of zo?

Maar… tijdens onze reizen door Zuidoost-Azië was het ons al opgevallen, in de steden daar zit iedereen met een minilaptopje in het café. Online te wezen. En we merkten ook, dat het best handig zou zijn als je zomaar ergens bent en je kunt gewoon een busticket zoeken of een hotelkamer boeken voor die avond. En na enig onderzoek besluiten we een mini tablet aan te schaffen met 3G, voor op reis: de Viewpad van ViewSonic. Dat was dus in 2011. En we voelden ons helemaal stoer.

Al gauw blijkt dat ik er – als IT-er – echt niet aan ontkom om te snappen hoe Apple apparaten werken. En dus komt er, een jaar of wat later, toch een iPad mini in huis.

Als de man dan een tijd aan huis gekluisterd is, vanwege een knie-operatie, moet er toch een grotere komen, want het is geen doen, de hele dag op dat piepkleine schermpje. De iPad Air2 wordt aangeschaft.

Voor het werk is het best handig, en het gezichtsvermogen gaat wat achteruit met de leeftijd (hoeveel leesbrillen kan een mens hebben rondslingeren en toch altijd kwijt zijn?), dus tja, je móet gewoon een iPad Pro kopen, zo’n hele grote… Terwijl ik de ‘afdankertjes’ gebruik – de nieuwe spullen zijn voor de man – loop ik na een paar jaar tegen het bekende probleem aan: die dingen zijn niet meer vooruit te branden, hebben te weinig geheugen om ook maar iets te kunnen doen, kunnen niet meer worden ge-update, en dan heb je zomaar ineens een nieuwe gekocht, met 16 keer zoveel ruimte. En dat is dus nummer 4. Of nummer 5, als je de Viewpad meetelt.

Uren en uren op een dag kunnen we op zo’n ding zitten lezen, surfen, kijken, schrijven. Hij moet mee met vakantie, een weekendje elders, we lijken wel vergroeid met die apparaten. Voor mijn gevoel is het nooit anders geweest. In verbazingwekkend korte tijd zijn we er zo aan gewend, dat ze niet meer weg te denken zijn uit ons leven. Hoe is het mogelijk, hoe is dat gebeurd? Ikke, die altijd zo zuinig is, hardnekkig dingen hergebruikt, probeert aan het milieu te denken, … en dan al die apparaten?!?

Nou, voor een zonsverduistering is het wel handig, maar jeetje…

Voorlopig geen nieuwe telefoon hoor, ik zou niet meer durven.

(Enneh, die zonsverduistering, want daar begon het mee, daar kom ik straks nog even op terug… 😉)