Er gaat geen dag voorbij of ik leer wel iets. Vandaag loop ik langs een brede bevroren sloot met nog een klein ‘wak’, waar het wemelt van de eenden, zwanen en meerkoeten. Ze zwemmen een beetje om elkaar heen, alsof ze precies weten: ‘golven maken jongens, anders bevriest dit stukje ook!’ Ik maak me een beetje zorgen, of ze wel genoeg te eten kunnen vinden, die watervogels. En niet vastvriezen. En niet opgegeten worden. Te pakken genomen worden door een kat, of een vos, die zó het ijs op kan lopen.

En dan zie ik ineens een zooi waterhoentjes in de boom zitten. In de boom?!? Ik moet nog eens goed kijken… Ja, het zijn echt waterhoentjes. Meer boomhoentjes dus. Toch knap van ze, in een boom zitten met van die zwempootjes. En slim!

Thuis zoek ik natuurlijk meteen op of dat nou normaal is, waterhoentjes in een boom. En ja hoor, ik stuit op allerlei waarnemingen van dit fenomeen. Is helemaal niet zo gek dus. Ze bouwen er soms zelfs hun nest. Maar vooral is zo’n boom handig om veilig te kunnen overnachten, als het water bevroren is, zoals nu.

Goh. Weer wat geleerd.

waterhoentjes in boom