Ik kijk vanachter mijn bureau uit over een landweggetje. Er loopt een man met een hond. Of eigenlijk een hond met een man. De hond trekt. Blijft dan ineens staan om te fanatiek in de berm te snuffelen. De man sleurt. En moppert. Even later komt er een meisje voorbij met een paard. Of eigenlijk een paard met een meisje. Het meisje wordt voortgetrokken. Tot het paard een hap gras besluit te nemen, en het meisje bijna omvalt.

Ik merk dat zulke gebrekkige communicatie tussen mens en dier me een beetje verdrietig maakt. Er wordt gesleurd en gemopperd dat er niet geluisterd wordt. Vechtend om de leidende positie, proberen we ons te meten met fysieke kracht en stemverheffingen. Gehoorzaamheid af te dwingen. Die hond vindt zo’n hinderend mens maar lastig. Het paard zucht onder het gewicht van z’n mens en sleurt wat harder. Dat kan toch ook anders? Als je denkt dat je met brute kracht tot het paard door moet dringen, kijk dan even hoe het paard reageert op een vlieg door met z’n huid trillen. Die voelt ‘ie dus echt wel landen! Het zit ‘m kennelijk niet in de ongevoeligheid van het paard, maar meer in de miscommunicatie.

Ik denk aan het natural horsemanship van Klaus Hempfling, Monty Roberts, Pat Parelli, allemaal voorbeelden waar ik in het verleden baat bij heb gehad. Ook Cesar Milan laat zien wat je kunt bereiken door bewuster te communiceren. “Laten volgen” is iets anders dan “dwingen tot volgen”. Dat is althans voor mij een belangrijke conclusie geweest. Het doet me denken aan de oerdrift van het na-apen: veel ”jonkies” leren hoe ze moeten overleven door gedrag te imiteren. De ouderen doen het voor, de jongeren doen het na.

Terwijl, zoals met veel dingen, hoe meer geweld je gebruikt om iets af te dwingen, des te meer weerstand je ondervindt. Erwten die vast komen te zitten in de flessenhals. Een slingerende auto bij je eerste rijles. Een mislukte slag als je die bal nu eens ècht héél ver wilt slaan. Het heeft dus iets te maken met losheid. Gevoel. Flow. Uitnodigen. Verleiden. Wel duidelijk je uitgangspunt hebben, je standpunt laten zien, maar ruimte laten voor het verdere verloop.

Wat verwacht ik nou eigenlijk zelf in de communicatie met andere mensen? En van mezelf? In feite ben ik ook vaak aan het sleuren. Weer uitleggen. Het moet anders. Het moet sneller. Het moet beter. Het moet nu. Ik moet het weten. Ik moet het oplossen. Dat is allemaal niet zo ‘los’… Mijn altijd doorratelende brein moet geloof ik maar eens wat vaker denken aan hoe dat ging met die paarden. Hoe ik dat deed, vanuit geduld, rust, begrip, observatie, connectie zoeken, tot het paard zich openstelt, het contact aanvaardt en de communicatie een feit is. Hm. Als ik dat nou eens op mezelf toepas? En hoe je in het leven moet staan of zoiets? Klinkt lekker zweverig, maar er zijn wel overeenkomsten…

Ik zeg het al best vaak tegen mezelf. Ik neem me voor om het nòg vaker te zeggen. Doe. Nou. Eens. Rustig. En dan niet alleen een rustpauze inlassen, ruimte laten, maar ook een beetje mijn eisen en verwachtingen bijstellen. Dan komt het leven vanzelf blij naar me toe huppelen, net als die paarden… Toch? 🙂