“Dat vormt de ruggengraat van de samenleving”

“Hij heeft daar wel ruggengraat mee getoond”

“Dat is pas een vent met ruggengraat”

Zo’n ruggengraat is best behoorlijk belangrijk. Bizar sterk ook, als je kijkt hoe ie is opgebouwd, al die kleine onderdelen! Maar als er iets mee mis is, ben je de sjaak. Zoals ik dus.

Al anderhalf jaar loop ik te klagen. Omdat de pijn steeds verder naar alle kanten uitstraalde, ben ik toch maar naar de huisarts gegaan. En vervolgens naar de fysiotherapeut, een andere fysiotherapeut, een houdingstherapeut, huisarts, een podotherapeut, een osteopaat, weer een andere fysiotherapeut, en niemand weet wat ik mankeer. Uiteindelijk heb ik om röntgenfoto’s en een MRI gevraagd. En nu blijk ik stuk te zijn.

Een afgeschoven wervel, met een verdraaiing en een beschadiging van het neuroforamen waar zenuwen doorheen lopen – voor mij is dit wel duidelijk de oorzaak van m’n pijnen. Maar er is verder geen analyse, behandeling, herstel, verwachting… ik sta dus weer eens met lege handen, En een kapotte rug.

Het komt me wel bekend voor, dit gevoel. Net als bij de diagnose DM1, verwacht ik stiekem toch gewoon gezond te zijn, niks ernstigs te mankeren. Mijn lijf is altijd zo’n noeste arbeider, waar je altijd op kunt bouwen. Niet dus. En de oorzaak, die zal ik ook hiervan nooit weten. Ik kan blijven speculeren en piekeren, maar er is geen antwoord. En ook geen oplossing. Stop daar dus maar mee.

Ik vraag me toch af – hè nee, ik kan het niet laten – of het beter was geweest als ze dit vorig jaar al hadden gezien, in plaats van al die zinloze ‘behandelingen’. Of ik er iets aan had kunnen doen. Of laten. Maar ook die gedachten moet ik stoppen: het heeft geen zin, het maakt niet meer uit. Er volgt dus weer een ultieme les in accepteren.

En weer, net als bij DM1, ben ik mijn eigen hulpverlener. Ik moet me hier zelf aan leren aanpassen. Het gaat niet weg. Als ik een beweging maak, zelf voelen wat er wel en niet gaat. Als ik m’n sok aan wil doen, en dat doet pijn, een andere houding zoeken, een andere manier, die minder pijn doet. Het is een kwestie van wennen, van leren hoe ik ermee om moet gaan.

En zo moet ik dus streven naar de weg van de minste weerstand. Creatief meebewegen, in plaats van stand proberen te houden. Hier en daar nieuwe uitdagingen zoeken. Nieuwe paden bewandelen. Af en toe (be)rusten. Er mee zien te leven. Met weinig ruggengraat.

Hm. Het lijkt het leven wel…