Zo leer je nog eens wat. Ik dacht: de wilde eend, dat is een grondeleend, die duikt niet. Die steekt de kont naar boven en dobbert zo, met het koppie onder water, al fouragerend met de bips pontificaal omhoog. Liefst met z’n tweeën tegelijk, synchroon, dat is altijd zo’n grappig gezicht.

Maar sommige wilde eenden denken daar kennelijk anders over. Dat wist ik niet. Ik ben dan ook verbaasd als ik er eentje volledig onder water zie verdwijnen. Om een stuk verderop weer boven te komen. En nog eens. En nog eens. Ik schrik eerst, want ik denk dat ie misschien te pakken genomen wordt door een snoek. Maar z’n maat gaat op een gegeven moment ook meedoen. Raarrrr… Hebben ze zeker zitten afkijken van een fuut. Of aalscholver. Of meerkoet.

Blijken ze dus kennelijk gewoon onder water te kunnen zwemmen, die wilde eenden.

Ik zie het nu voor het eerst, dus. Tja. Dat kan natuurlijk. There’s a first for everything…